BOEK KLANKSCHALEN MASSAGE; OVER KLANKSCHALEN MAKEN

Onderstaand verhaal is (met toestemming van de schrijver) overgenomen uit het boek "Klankschalen massage" van Hans de Back.

Meer informatie over Hans de Back op zijn website:

www.hansdeback.com



Cover boek klankschalenmassage hans de back


HOE WORDEN KLANKSCHALEN GEMAAKT?
Ja, hoe worden klankschalen gemaakt. Een lastig te beantwoorden vraag, temeeromdat er in de loop der tijd een situatie is ontstaan, waarbinnen voldoende ruimte bleek voor verbeelding, fictie en verzonnen mythische verhalen. Zolang die ruimte niet gezuiverd wordt door betrouwbare vakkennis, blijven dit soortwaanbeelden en verhalen zich verspreiden en worden op den duur aangenomen onder het mom van “Het zal wel zo zijn” of “Waarom niet, het klinkt aannemelijk.”Aan het smidsegilde, dat in vroeger tijden zowel muziekinstrumenten, wapens en rituele voorwerpen vervaardigde, werd een bijzondere alchemistische kennis toegeschreven. Mijn materialenkennis reikt echter niet zo ver, dus verlaat ik mij op de informatie die de waarheid het dichts benadert. Voordat je een instrument gaat maken, wil je natuurlijk weten, aan welke toepassingsmogelijkheden, gebruiksnormen, afmetingen, materiaalkeuze en vormgeving het dient te voldoen; binnen welke prijsmarge dit instrument gecreëerd kan worden, alsmede voor welke doelgroep.

De toepassingsmogelijkheden:
Je kunt er voeding in serveren; je kunt er uit eten en drinken; het boventonen zingen door leren perfectioneren; als klankinstrument bespelen, als offerschaal gebruiken alsmede voor religieuze plechtigheden en sjamanistische manifestaties aanwenden.

De gebruiksnormen:
In het Himalayagebied, voornamelijk dan de hogere regionen, is de voeding nogal sober en in de wintertijd eenzijdig. Gerst vormt de hoofdschotel. Om de mineralenhuishouding in het lichaam op peil te houden, worden maaltijden en dranken geserveerd in klankschalen. Men eet er zonder wapens (messen en vorken), maar met de hand. Omdat de legering van de klankschalen –volgens sommige bronnen- is samengesteld uit 7 metalen: goud, zilver, koper, ijzer, tin, zink en lood – (van de laatstgenoemde slechts een minieme hoeveelheid) wordt er aan de voeding, als het ware, een homeopathische mededeling van deze metalen toegevoegd. Is dat slim of niet. Uit de kleine schalen wordt het befaamde gerstenat gedronken. Er wordt niet in de klankschalen gekookt. (Ook niet thuis uitproberen, als je de klankschaal en jezelf lief hebt.) Er worden wel vaak kruiderijen, specerijen, huidverf- en kleurstoffen, e.d. in schalen en schaaltjes bewaard of gemengd. Datgene, wat men offert, is onderhevig aan regionale en religieuze gebruiken. Er zijn ook speciale offerschalen, die herken je aan een aangebrachte rand bij de bodem en dikwijls zijn deze aan de buitenzijde voorzien van inscripties.
Het boventonenzingen, is een beginfase van stembeheersing, noodzakelijk voor het leren zingen van ondertonen. De beginselen van het boventonen zingen zijn - met een beetje goede wil - in een week te leren. Het is een techniek, waarbij je Eén klinkerklanken produceert. Uitgaande van deze ene klinker, verander je langzaam de vorm van je mond, om een andere klinker voort te brengen, waarbij de stand van je tong ook een belangrijke rol speelt. . Om die techniek te perfectioneren, waardoor er een duidelijke articulatie en beheersing van de juiste tongstand/ mondholteverhouding ontstaat, vormt de klankschaal een meedogenloos eerlijke en betrouwbare criticus. Eén vormfoutje en, “God straft onmiddellijk”, je hoort een andere klank. Wanneer je een klankschaal bij de opening van je mond houdt, deze met een houten stokje aanslaat en vervolgens een der aangeleerde stemoefeningen uitvoert, ontstaan er duidelijk hoorbare fluittonen, ofwel boventonen.

Het ondertonen zingen is voor de meeste stervelingen niet weggelegd, omdat de discipline die zulks vereist, slechts weinigen kunnen opbrengen. Naar verluidt, duurt het ongeveer 9 jaren in het trainen van vaardigheden, die ogenschijnlijk niets met zangkunst van doen hebben, waardoor de deelnemer zich na verloop van jaren begint af te vragen of hij wel in de goeie documentaire zit. De oefeningen zijn gericht op het Eén worden; vrij van dualisme. En daar hebben de meeste mensen niet zo’n haast mee. Ondertonen zijn nauwelijks hoorbaar, maar heel goed voelbaar. Je kunt er materie mee van vorm veranderen of vernietigen. De resonantie van ondertonen, is op kilometers afstand waarneembaar. Zuivere ondertonenzangers zijn olifanten. De sjamanen in het Himalayagebied, maken bij hun ceremonies o.a. ook gebruik van een klankschaal. Het zijn vaak heel eenvoudige attributen: een trommel, fluit, ratelaar, soms enige veren en een klankschaal. Hun werkwijze is voor Westerlingen over het algemeen moeilijk te begrijpen, maar desalniettemin zeer effectief voor de plaatselijke bevolking. En daar gaat het om. Als een methode echter niet voldoet aan de ideologie of het begripsvermogen van Westerlingen, ontstaat er - helaas nog steeds - eerder een sfeer van hoogmoed en belachelijkmakerij, dan van acceptatie en respect. Anderzijds getuigen begripsarme nabootsing, blinde verheerlijking, alsmede het adopteren van sjamanistische gedragingen en gebruiken, evenmin van respect voor het cultuurgoed en de ceremonies die daar op hun plaats zijn. Het zichtbare en hoorbare gedeelte van een sjamanistische behandeling is bedoeld om respect te winnen en toegelaten te worden bij de te behandelen persoon, of om de hogere geesten te bedanken voor hun intermediaire welzijnswerk. Het uiteindelijke harmonisatiewerk geschiedt in het ongeziene en onhoorbare gebied, namelijk het energetische veld. Het ritueel fungeert als middel om ongehinderd toegang te krijgen tot de niveaus die wenselijk zijn om het energetische werk mogelijk te maken.

Materiaalkeuze, vormgeving en afmetingen:
De mensen die vroeger o.a. de klankschalen vervaardigden, behoorden tot een smidsegilde. Uit - naar ik hoop - betrouwbare bron heb ik vernomen, dat de lieden die tot dit gilde behoorden tot de hogere kaste gerekend werden. Westerlingen zouden hen wellicht alchemisten noemen. Dit gilde verstond de kunst om legeringen - naar wens van de opdrachtgever - samen te stellen, in de juiste samenhang en in overeenstemming met de planetaire invloedssferen. B.v. oude ting shaws (2 kleine dikwandige cimbalen) bevatten meteoriet i.p.v. ijzererts. Men ging ervan uit, dat meteoriet door de Goden aan de aarde geschonken was, omdat het letterlijk uit de hemel kwam vallen. Daar komt bij, dat ijzererts geïmporteerd moest worden, wat vroeger een moeizame, tijdrovende en dure onderneming was. Volgens de mondeling overgeleverde verhalen, werden klankschalen vervaardigd uit 7 metalen. Ik heb nooit de behoefte gehad om een klankschaal te laten analyseren. Het ging mij om de klank en niet om het al dan niet op waarheid berustende verhaal. Deze legering werd gegoten in een mal, die was vervaardigd volgens de ‘verloren wasmethode’. Deze wassen mal werd met de hand gemodelleerd over een bol voorwerp. De vingerindrukken die daardoor aan de buitenkant van de klankschaal zichtbaar zijn, worden in het Westen vaak aangezien als hamerslagen. Iemand die iets van smeden afweet, zal je kunnen vertellen dat het samensmelten van metalen met sterk uiteenlopende smeltpunten, een bepaalde spanning veroorzaakt in de ontstane legering. Wanneer je deze legering met een hamer gaat bewerken, heb je in Eén klap een klankschalenpuzzel. Indien je de legering opnieuw gaat verhitten, hef je het samensmeltingverband op, gaan de metalen zich weer scheiden, waardoor metalen met de laagste smelttemperatuur gaan “drijven” en opborrelen. (Dus koken in klankschalen nooit doen!) Ik heb aan diverse gieterijen het verhaal over de samenstelling van klankschalen verteld en in alle gevallen was de reactie: bedenkelijk opgetrokken wenkbrauwen en werd er op sarcastische toon geïnformeerd of die schalen duur waren en in welk sprookjesboek ik over die samenstelling gelezen had. Al die extra toevoegingen –behalve koper, tin, een beetje fosfor en silicium- zouden niets aan de klank verbeteren, de enige reden zou zijn om het eten uit de schalen te laten voldoen aan de wens om die ‘homeopathische’ mededeling van deze 7 metalen aan het voedsel mogelijk te maken. In sommige boeken lees je over het toevoegen van kwik i.p.v. zink. Deze variant werd zeer onwaarschijnlijk geacht, omdat kwik vloeibaar is en in geval er goud in de schalen verwerkt zou zijn, dit kwik het goudgehalte ‘opeet’. Energetisch gezien blijft er nog wel iets van over, maar het is volgens de gieters een krankzinnige combinatie.

Indien u klankschalen ziet die duidelijk met een hamer in de gewenste vorm zijn geslagen, betekent dit dat deze niet uit 7 metalen zijn vervaardigd maar uit 2 of 3. Nieuwe schalen worden machinaal vervaardigd en zijn exact rond met een centerpunt in het midden van de bodem. De klankschalen werden gestemd, door aan de buitenrand horizontale groeven te maken. Dit stemmen voltrok zich middels een soort tamboerijn zonder belletjes, waarin poeder of meel werd gestrooid. Dit poeder gaf -door de trilling van de aangeslagen klankschaal- in eerste instantie een dansende chaos te zien. Wanneer de trilling tot rust kwam, ontstond er in het poeder een duidelijk zichtbare geometrische vorm. Deze geometrische klankvormen worden daar “yantra’s” genoemd. In het Westen heeft een zekere meneer Chladni omstreeks 1900 voor het eerst officieel melding gemaakt van dit fenomeen. Ook de Theosofen waren in die tijd enorm geïnteresseerd in klankfiguren. Zij hadden, om deze klankfiguren zichtbaar te maken, een zgn. “eidophone” ontwikkeld. Men kon hiermee o.a. laten zien, hoe bepaalde aspecten van de menselijke stem inwerkten op diens omgeving. Langs deze weg werd ook zichtbaar, welke invloed dat teweegbracht. In de tweede wereldoorlog is de hele wetenschap rond dit onderwerp vernietigd. Politici vonden inzicht te gevaarlijk worden voor hun bedenkelijke praktijken.
Terugkerend naar het stemmen van de klankschaal; het smidsegilde bediende zich ook van een soort eidophone, zodat de klankschaal - indien nodig - gestemd kon worden, overeenkomstig de wens van de opdrachtgever. Dit stemmen heeft echter een hele beperkte marge.
In klank uitgedrukt bedraagt de afstemmingsmogelijkheid ongeveer een kwart toon. Van invloed is natuurlijk de hoogte, de wijdte, de dikte, de randdikte, de grootte en de samenstelling van de klankschaal op de uiteindelijke klank. Klankschalen werden voornamelijk vervaardigd t.b.v. de plaatselijke bevolking, sjamanen, monniken en gezagsdragers.

Volgens een legende komen de oudste klankschalen uit India en zijn via de derde verlichte Boeddha, genaamd Sange Wasong, naar Tibet gebracht om daar de leer via de klank uit te dragen en discipelen te brengen tot Arhat, de verlichte staat. Er bevinden zich nog 3 originele klankschalen in Tibetaanse kloosters; in Drepung, Narthang en Sakya. Op 15 juli worden er offers gebracht en trekken pelgrims naar deze kloosters om de klankschaal te horen, waarbij het niet zozeer om de prachtige klank te doen is, maar om een glimp van verlichting op te vangen.
De reden dat Tibetaanse mensen niet over deze klankschalen spreken, of daar geheimzinnig over doen, is omdat deze schalen de leer van geluid, ondertonenzangkunst en weerklank vertegenwoordigen door directe ervaring, zonder doctrine. De doctrine is afkomstig van de vierde verlichte Boeddha, genaamd Shakyamuni. Daar mag en kan wel over gesproken worden. De kennis om deze speciale klankschalen te vervaardigen was tot zo’n 50 jaar geleden nog bekend en werden te Jang en Hor in Oost Tibet vervaardigd voor discipelen van de Sange Wasong leer, die de schalen tevens als bedelschaal gebruikten.
Helaas lagen deze plaatsen Jang en Hor dicht bij de Chinese grens en zijn in de jaren ’50 beiden vernietigd door volgzame soldaten van de toenmalige heerser over China, voorzitter Mao, die religie en alles wat daarmee te maken had beschouwde als een kwaadaardig gezwel dat met wortel en al uitgeroeid moest worden om plaats te maken voor zijn leer, vervat in het beruchte Rode Boekje van Mao.
Wat meneer Mao in zijn bedroevende ijver niet heeft kunnen voorkomen is, dat het Tibetaanse Religieuze Erfgoed – wat tot die tijd ingekapseld was en uitsluitend bedoeld en bestemd voor de Tibetaanse bevolking – zich heeft uitgezaaid over de gehele wereld en heden ten dage zich mag verheugen op een groeiend aantal beoefenaars en sympathisanten uit de meest uiteenlopende culturele en maatschappelijke achtergronden.

De zgn. Tibetaanse klankschalen die aan Westerlingen werden en worden aangeboden zijn afkomstig uit Nepal, India en Bangladesh. Daar is niks mis mee, maar als iemand u originele antieke Tibetaanse klankschalen aanbiedt voor –uiteraard- een hoge prijs, dan kunt u er van op aan dat het begeleidende verhaal bedoeld is om de prijs op te drijven.
Er worden tegenwoordig ook nieuwe klankschalen enige tijd onder de grond gestopt of in een mesthoop gelegd, om ze te laten oxideren en zodoende een antiek uiterlijk te geven. Als mensen hun verkoopverhaal geloofwaardig willen houden ondanks de gewijzigde omstandigheden, worden ze creatief en verzinnen van alles wat bruikbaar is en weinig geld kost om toch aan de vraag van de consument gehoor te geven en zogenaamde antieke klankschalen te kunnen blijven aanbieden.
Er worden momenteel zelfs klankschalen aangeboden die volgens een oud ‘recept’ zijn vervaardigd en maar liefst uit 12 metalen bestaan. De enthousiasteling die dit verhaal de wereld in heeft gestuurd, getuigt van een rijke fantasie en een armzalige materialenkennis. Het zal mij niet verbazen als er aan dit fantasierijke verhaal een stevig prijskaartje hangt. Wat mij bij dit soort onzinnige verhalen nog steeds verbaast, is dat de meeste mensen die belangstelling in klankschalen hebben blijkbaar over onvoldoende materialenkennis beschikken om dergelijke verhalen te doorgronden en niet om duidelijkheid durven vragen, wanneer het verhaal hen ietwat te fabelachtig klinkt. Een simpele en doeltreffende vraag om deze fabel door te prikken is: welke metalen mogen dat dan wel wezen?
Ik kreeg een keer als antwoord: “goud, zilver, koper, ijzer, tin, lood, kwik, zink, nikkel, brons, messing en een beetje aluminium.” De man was zichtbaar opgelucht, dat hij 12 metalen kon opnoemen. In zijn enthousiasme was het hem ontgaan, dat brons en messing geen aparte metalen zijn, maar koperverbindingen (Brons=80% koper & 20% tin. Messing= 80% koper & 20% zink) en aluminium komt uit Zuid-Amerika en wordt verkregen middels elektrolyse. Er zijn mensen die kunnen buikspreken, deze man verstond de kunst om uit zijn nek te lullen.

VERSCHIL TUSSEN KLANKSCHALEN.
bezoeker: Wat zijn de kenmerkende verschillen tussen klankschalen uit Tibet, Nepal, India, Thailand, Japan, Korea enz. HdeB: Voor zover mij bekend, zijn er nimmer klankschalen uitgevoerd of ‘gered’ uit Tibet en aangeboden aan antiquairs, kunstverzamelaars of handelaren en ben daarom zo vrijpostig om het bestaan van Tibetaanse klankschalen in het Westen naar het rijk der fabelen te verwijzen. Evenmin heb ik de eer gehad om Tibet te bezoeken op 15 juli, de dag waarop jaarlijks de enige 3 oorspronkelijke klankschalen bespeeld worden en er offers naar de 3 betreffende kloosters worden gebracht, dus is het voor mij helaas nu niet weggelegd om een vergelijking te maken tussen Tibetaanse klankschalen en schalen uit een ander land. Maar ik zie de commerciële bui alweer hangen. Het zou me geenszins verbazen als een bijdehante verkoper na het lezen over vernietigde klankschalen in Tibet plotsklaps een verloren gewaande originele klankschaal uit Tibet weet te bemachtigen, of een schaal die door Chinese soldaten is geroofd uit een klooster – waar bij voorkeur nog het nodige Tibetaanse bloed aan kleeft - en deze voor een exorbitant hoog bedrag aanbiedt aan een op exclusiviteit beluste, goedgelovige koper. Het is te hopen, dat de koper de betreffende aanbieder eens diep in het kruis tast i.p.v. in zijn eigen beurs, wellicht dat dit gebaar een verhelderende werking op zijn geheugen heeft en hij zich bij toverslag de ware toedracht weet te herinneren in combinatie met een toepasselijker prijsje. De klankschalen uit Nepal en India zijn mijn favoriet qua klankrijkdom en diversiteit. Je hebt schalen met een lage rand en over het algemeen vrij dun uitgevoerd en ook schalen die juist vrij dik zijn vervaardigd. Door de vermeerderde massa klinken de dikkere schalen voller dan de dunnere. Ook de schalen met een platte bodem hebben een totaal ander geluid, dat meer aan een tempelbel doet denken. Indiase schalen met een platte bodem en rechtopstaande hoge rand, roepen weer andere klanksferen op. Schalen met een ietsje schuine opstaande hoge rand en een naar binnen gedreven bovenrand, doen mij op een of andere manier denken aan Indonesië, wat klankimpressie betreft. Ondanks of beter gezegd dankzij de grote verschillen in sfeer die de diverse schalen onderling oproepen – en dan met name de oudere schalen – is het mogelijk om bijvoorbeeld tijdens een concert een palet aan klanksferen op te roepen, door het maken van setjes klankschalen en met deze setjes een klankcombinatie samen te stellen die zo’n specifieke sfeer ten goede komt. Klankschalen uit Thailand hebben ook weer een karakteristiek geluid en komen qua sfeer in de buurt van Indiase schalen. Ik ben daar geen oude schalen tegen gekomen, maar de schalen die ik heb gehoord en gezien klinken goed en zien er vaak prachtig bewerkt uit aan de buitenkant. Gepolijst aan de binnenzijde en zwart gematteerd aan de buitenkant, voorzien van gegraveerde ornamentiek. Er wordt geen melding gemaakt over een specifieke samenstelling. Volgens mij zijn ze van brons gemaakt (Koper & Tin).
De Japanse klankschalen worden voornamelijk voor rituele en meditatieve doelen gebruikt en in verschillende maten aangeboden, voorzien van een fraai bewerkt kussentje en aanslagstokje. Er is weinig verschil in klank tussen schalen van dezelfde maat. Er zijn wel verschillende typen schalen die ieder hun eigen karakter hebben en uit verschillende legeringen bestaan. Wellicht dat de forse prijs van deze schalen in het Westen een helpende hand biedt om de exclusiviteit ervan in stand te houden. De Japanse schalen worden meestal solitair gebruikt. De Koreaanse schalen doen sterk denken aan de Japanse dobachi (rituele tempelbel), zowel wat de vorm en afwerking betreft als de klank en zijn verkrijgbaar in verschillende maten; van piepklein tot het formaat van een heuse kookpot, zoals afgebeeld in cartoons alwaar hongerige inboorlingen soep koken van zendelingen of verdwaalde ontdekkingsreizigers. Deze schalen zijn aanmerkelijk toegankelijker voor de wat minder gefortuneerde klankgenieter. Ze zijn herkenbaar aan de zwart gematteerde binnen- en buitenkant met duidelijk zichtbare hamerslagen en worden geleverd met een kussentje in de kleurencombinatie rood-geel en een slaghoutje. Bij mijn weten zijn ze vervaardigd uit brons. Door hun specifieke klank voldoen ze uitstekend aan de wens om een palet aan klanksferen op te roepen in combinatie met andere klankschalen.
Het is voor mij ondoenlijk om uit te beelden waar die verschillen nu precies betrekking op hebben en wat voor sferen dat bij u oproept. Het is een beetje te vergelijken met een schriftelijke cursus wijnproeven; daar wordt je ook niet tipsy van. Indien u voor de keuze staat een klankschaal aan te schaffen – van welk land dan ook – laat u dan leiden door uw oren en uw hart. Als de schaal naar uw bevindingen goed klinkt en de vibratie prettig aanvoelt op uw lichaam, ga dan maar onderhandelen over de prijs.

Met dank aan Hans de Back



(naar boven)